zaterdag 18 april 2009

Fouten in schoolboeken

In de brochure "Evolutie of Schepping?" staat een hoofdstukje over "Fouten in schoolboeken". In mijn bespreking van dat gedeelte vroeg ik mij af:
Waarom worden Haeckels tekeningen nog steeds gebruikt? Geen idee. Gemakzucht? Omdat er geen auteursrechten meer op rusten? Omdat biologieboeken geschreven worden door algemene biologen, niet door embryologen?

Vandaag vond ik een artikel wat misschien een antwoord geeft op deze vraag: nieuwe tekstboeken blijken voornamelijk uit gerecycled materiaal uit oude tekstboeken te bestaan. Nu gaat het artikel in kwestie voornamelijk over de Amerikaanse markt, maar ik vraag me af of de Nederlandse markt wel zo verschillend is.

zondag 12 april 2009

De mens als kroon op de schepping

Na de morele gevolgen van evolutie wil ik het over een ander gevolg van evolutie hebben dat tot conflicten met religie leidt: de heroverweging van de mens als kroon op de schepping.

Lange tijd werd de mens gezien als de kroon op de schepping. In de Bijbel is het immers duidelijk dat de mens afzonderlijk van de andere dieren geschapen is en een speciale plaats kreeg toebedeeld in de wereld.

Evolutie leidt echter tot een totaal ander beeld: de mens staat niet apart van het dierenrijk, maar maakt daar gewoon deel van uit. We delen een gemeenschappelijke voorouder met de chimpansees, niet meer dan zo'n 5 tot 7 miljoen jaar geleden. Veel van wat we voorheen als typisch menselijk zagen treffen we ook in zekere mate bij chimpansees aan: emoties, gebruik van gereedschappen en zelfbewustzijn.

Toch is het ook voor aanhangers van evolutie blijkbaar moeilijk om het beeld van de mens als kroon op de schepping op te geven. De afbeelding rechts is een goed voorbeeld. Voor veel mensen is dit hét beeld dat ze bij evolutie krijgen: een lineaire progressie van aap tot mens. Zo wordt evolutie dan ook vaak onderwezen, als een lineaire progressie van primitief ééncellig leven, via meercellig leven, gewervelde dieren, vissen, amfibieën, reptielen, zoogdieren, en apen, tot je uiteindelijk bij de mens uitkomt.

Het is vrij begrijpelijk om de mens centraal te zetten wanneer je naar evolutie kijkt. Uiteindelijk willen we graag weten waar we zelf vandaan komen. Ook is het begrijpelijk dat we onszelf uiterst speciaal vinden. Het schetst echter wel een beeld alsof de mens het ultieme resultaat van evolutie is.

Helaas werkt evolutie zo niet. Het pad dat tot aan de mens geleid heeft zit vol kronkels, maar misschien nog belangrijker, zit ook vol aftakkingen. Het loont de moeite ook eens naar wat van die aftakkingen te kijken. De gedachte dat de mens de kroon op de schepping is wordt dan een stuk moeilijker vol te houden.

Om maar eens wat te noemen, mensen zijn niet bijster snel. Een beetje viervoeter van formaat loopt ons er zo uit. Mensen zijn ook niet bijzonder sterk. Een wedstrijdje armpje drukken met een veel kleinere chimpansee verlies je gegarandeerd. De menselijke zintuigen zijn ook al niet bijster goed ontwikkeld. Vergelijk ons zicht maar eens met dat van een kat, of dat van een roofvogel, ons reukvermogen met dat van een hond, of ons gehoor met dat van een uil. En ten slotte is een groot deel van de leefruimte op aarde voor ons afgesloten, waar andere levensvormen wel kunnen komen. Vogels beheersen het luchtruim en vissen de oceanen. Goed, we zijn beter in communicatie, samenwerken en plannen maken dan andere dieren, maar om daardoor dan maar meteen de titel "kroon op de schepping" op te eisen? Intelligentie is slechts één van de vele paden van specialisatie die geprobeerd zijn in de natuur. We moeten nog maar afwachten of dit pad wel zo succesvol zal blijken te zijn op de lange termijn. Haaien houden het bijvoorbeeld al heel wat langer uit dan de mens. Om over het succes van insecten nog maar te zwijgen.

Hier zit dan ook het conflict tussen evolutie en theïstische evolutie. Theïstische evolutie is het idee dat God de hand heeft gehad in evolutie, ofwel door het in gang te zetten, ofwel door het steeds bij te sturen, met de bedoeling om de mens te scheppen. Misschien is "conflict" hier een wat te sterk woord, want dit idee is niet direct in tegenspraak met de wetenschap, zolang als we tenminste aannemen dat God zijn inmenging goed voor ons verborgen houdt. Maar er is ook weer geen echte reden om God in evolutie in te voegen.

Tenzij je natuurlijk gelooft dat de mens de wél kroon op de schepping is, het voorbestemde eindpunt van evolutie. Dat is de enige reden om God op deze manier in te voegen in de theorie van evolutie.

Sommigen vinden theïstische evolutie een duidelijk voorbeeld dat geloof en wetenschap harmonieus kunnen samengaan. Toch zie ik dit juist als een voorbeeld van de wrijving tussen geloof en wetenschap. Theologisch gezien is theïstische evolutie misschien wel een logisch idee: het past binnen de huidige wetenschappelijke kennis en je kunt toch nog geloven dat God de mens naar zijn beeld geschapen heeft. Maar vanaf de andere kant bekeken, ziet het er toch wat minder harmonieus uit: wetenschappelijk bezien is theïstische evolutie namelijk compleet nutteloos. Het voegt enkel een onnodige en onbewezen aanname toe ("de mens is de kroon op de schepping") en geeft daar dan een onbewijsbare verklaring voor ("God stuurde de evolutie"). Als je dit "harmonie" noemt, bekijk je de relatie wel heel erg van één kant.

Meer over moraliteit en evolutie

Kort na mijn bericht over de morele gevolgen van evolutie kwam ik een artikel met de titel The end of philosophy tegen, geschreven door ene David Brooks. Het is niet bepaald een goed artikel, zoals we zullen zien, maar het is misschien een goede springplank om de discussie over moraliteit en evolutie voort te zetten.

De meeste mensen hebben een redelijk goed ontwikkeld gevoel voor moraal. De meeste mensen hoef je niet uit te leggen dat moorden slecht is. Zelfs als er geen wet tegen was geweest, zouden ze nog geen moord plegen. Wetenschappelijk onderzoek uit de psychologie en de sociologie wijzen zelfs uit dat we in de praktijk primair vertrouwen op dit gevoel voor goed en kwaad. In de meeste gevallen volgt rationeel nadenken pas achteraf. Maar waar komt dit gevoel voor goed en kwaad dan vandaan?

Niet uit de Bijbel, dat lijkt wel zeker. Neem bijvoorbeeld kindermishandeling. Volgens de tien geboden moet ook een kind dat mishandeld is hun ouders eren. Dit gaat compleet tegen ons gevoel voor moraal in. En terwijl wij mishandeling van weerloze kinderen door de mensen aan wiens zorg ze zijn toevertrouwd als één van de laagste misdaden beschouwen, is er echter geen gebod tegen kindermishandeling. Dit is slechts één voorbeeld, er zijn er vele. Uiteraard staat er ook veel in de Bijbel dat wel overeenkomt met ons gevoel voor moraal, anders was het boek nooit door velen gezien als een leidraad voor hun leven.

Een ander idee is dat dit morele besef geëvolueerd is, een idee dat al door Darwin geopperd werd. In mijn vorige bericht had ik al betoogd dat empathie en samenhorigheidsgevoel gunstige eigenschappen zijn voor een sociale soort als de mens. Het is goed mogelijk dat evolutie voor deze eigenschappen geselecteerd heeft. Maar het is duidelijk dat moreel besef ook een grote culturele component heeft - niet overal gelden dezelfde normen en waarden. Ook hier zou je kunnen spreken over een zekere evolutie, die niet genetisch maar cultureel van aard is. Culturen waarin de normen en waarden geen stabiliserende werking hebben zullen niet lang in stand blijven.

Uiteraard is dit soort morele evolutie allemaal nog lang niet zo goed onderbouwd als biologische evolutie. Normen en waarden fossiliseren immers niet. Toch is er veel steun voor dit idee binnen de wetenschap. Zo verklaart het waarom er variatie is in normen en waarden, maar ook waarom bepaalde sociale regels nagenoeg universeel zijn, zoals regels tegen diefstal en moord. Het verklaart ook waarom regels over gedrag binnen de groep vaak een stuk humaner zijn dan regels over gedrag tegen andere groepen: agressie binnen de groep is nadelig voor de groep, maar agressie tegen andere groepen kan de groep voordeel opleveren. Zo keurt bijvoorbeeld de Islam geweld af, maar wordt kennelijk een uitzondering gemaakt voor ongelovigen.

Terug naar David Brooks. Hij accepteert in zijn artikel duidelijk de resultaten van wetenschappelijk onderzoek, die zeggen dat mensen voornamelijk hun evolutionair ontwikkeld gevoel gebruiken bij het nemen van morele beslissingen. In tegenstelling tot de mensen die denken dat evolutie tot onacceptabele normen en waarden leidt, denkt Brooks duidelijk dat evolutie tot redelijk goede normen en waarden leidt.

Hij maakt echter een grote fout wanneer hij zegt dat dat het einde van de filosofie zou betekenen, of het einde van rationeel nadenken over morele vraagstukken.

Gek genoeg maakt hij daarbij dezelfde denkfout als de mensen die evolutie verwerpen omdat ze denken dat evolutie het "recht van de sterkste" is: ook Brooks verwart is met zou moeten zijn.

Het feit dat we voornamelijk ons gevoel gebruiken voor morele vraagstukken en niet ons verstand, wil nog niet zeggen dat dat een goede zaak is. Het wil niet zeggen dat de gevoelsmatig genomen beslissingen ook echt moreel rechtvaardig waren. Als ons gevoel het altijd bij het rechte eind had, hadden we bijvoorbeeld helemaal geen wetenschap nodig.

We gebruiken vaak ons gevoel omdat we in de praktijk vaak geen tijd hebben om lang na te denken over een beslissing. Wanneer er echter wel tijd genoeg is, is het een goede zaak wel degelijk aandachtig na te denken over de mogelijke gevolgen van een beslissing. Ook kunnen we door kritisch na te denken (zowel vooraf of achteraf) besluiten onze gevoelens in een andere richting te ontwikkelen, zodat ons gevoel hopelijk volgende keer tot een betere beslissing zal leiden. Je zou zelfs kunnen zeggen dat we moreel verplicht zijn regelmatig ons morele gevoel eens kritisch te bekijken.

Ter afsluiting nog een laatste reden waarom het artikel van Brooks niet echt geweldig is. Nadat hij beschreven heeft wat de wetenschap ontdekt heeft over hoe we moraliteit gebruiken in het dagelijkse leven, waar sluit hij zijn artikel mee af? Dat deze feiten een nieuwe uitdaging zouden moeten vormen voor de wetenschappers. Volgens mij weten ze dat al - waren die feiten niet van dezelfde wetenschap afkomstig?

maandag 6 april 2009

De morele gevolgen van evolutie

Veel bezwaren tegen evolutie hebben uiteindelijk weinig tot niets met wetenschap te maken. Uiteindelijk zijn de bezwaren meestal terug te leiden op de conflicten tussen evolutie en bepaalde religieuze ideeën. Zo spreekt evolutie bijvoorbeeld een letterlijke interpretatie van Genesis 1 en 2 rechtstreeks tegen.

Nu had ik al gezegd dat de meeste Christenen er niet meer zoveel moeite mee hebben om de Bijbel niet letterlijk te interpreteren, maar voor anderen heeft dit ernstiger gevolgen: als de Bijbel niet langer de autoriteit is op het gebied van de oorsprong van het leven, dan is ze ook niet langer de autoriteit op het gebied van moraliteit. Dus als ze de Bijbelse schepping moeten vervangen door evolutie, dan moeten ze ook de Bijbelse moraal vervangen door de evolutionistische moraal: het recht van de sterkste. Aangezien dit compleet onacceptabel is, moet evolutie dus verworpen worden en zelfs met alle mogelijke middelen bestreden worden.

Dit argument tegen evolutie is waar ik het in dit artikel over wil hebben. We zullen zien dat er vele redenen zijn waarom dit argument geen stand houdt.

Allereerst wil ik even opmerken dat de beoordeling van de waarheid van een fenomeen (in dit geval evolutie) aan de hand van de ongewenstheid van zijn gevolgen (in dit geval onaanvaardbare normen en waarden) een drogreden is (beroep op consequenties). Als dat niet zo was, dan zou ik moeten accepteren dat Sinterklaas bestaat, omdat ik anders zelf de cadeautjes moet kopen.

Ook wil ik even kort stilstaan bij de autoriteit van de Bijbel. Als de Bijbel geen autoriteit blijkt te zijn voor het ontstaan van het leven, is dit dan ook een reden om de Bijbel ook te verwerpen als morele autoriteit? Op zichzelf niet. Als ik in een boek over wereldgeschiedenis zie dat er veel dingen niet kloppen in het hoofdstuk over het oude Egypte, dan betekent dat niet noodzakelijk dat een later hoofdstuk over Perzië ook niet klopt. Het betekent natuurlijk wel dat ik de informatie in dat hoofdstuk extra kritisch zal lezen en het niet zonder meer zal accepteren tot ik nog meer over het oude Perzië gelezen heb in andere bronnen. Dus enige reden om zich zorgen te maken over de Bijbel als autoriteit in zijn algemeenheid lijkt me ook weer niet geheel onterecht. Maar daar wil ik hier verder niet teveel woorden aan vuil maken, dat is een heel onderwerp op zichzelf.

Waar ik het daarentegen wel over wil hebben is de volgende vraag: leidt evolutie nu echt tot zulke nare morele gevolgen? Daarvoor moeten we het eerst even over het "recht van de sterkste" hebben. Dit is een nogal ongelukkige vertaling van "survival of the fittest," wat op zichzelf al niet zo'n gelukkig gekozen zinsnede was. "Fittest" slaat hierin namelijk helemaal niet op wie het meest "fit" is in de zin van de beste lichamelijke conditie, maar op wie de beste "fit" heeft voor zijn omgeving, oftewel hoe goed een individu aan zijn omgeving is aangepast. En met "omgeving" bedoelen we niet alleen het landschap of het water, maar ook de plaats in de voedselketen en niet in de laatste plaats de andere individuen van dezelfde soort. Voor een groepsdier als de mens kan "fittest" dus betekenen dat een individu een sociaal en tot samenwerken geneigd karakter heeft, wat kan leiden tot een groter succes bij het grootbrengen van nakomelingen van de hele groep. Dus evolutie bestaat lang niet alleen uit het "recht van de sterkste", maar ook uit het "recht van de best samenwerkende".

Toch valt niet te ontkennen dat in de natuur de sterken wel vaak overwinnen ten koste van de zwakken en dat dat toch een belangrijk deel van evolutie is. Maar betekent dit dan ook dat als we evolutie als waar accepteren, dat we dan onze moraal hier ook op moeten baseren? Natuurlijk niet. De wetenschap die de evolutietheorie heeft ontwikkeld beschrijft hoe de natuur is, niet hoe die zou moeten zijn. Wij mensen hebben een intellect dat ons in staat stelt te kiezen om tegen de natuur in te gaan. We kunnen dus zelf kiezen of we toegeven aan onze neiging tot egoïsme, of dat we toegeven aan onze neiging tot het helpen van onze medemens. We hebben nu de welvaart en de technologie om zelfs de zwaksten in onze samenleving te helpen een menswaardig leven te leiden. Ook al zou dat tegen evolutie ingaan, geen weldenkend mens zal zeggen dat we hier dan maar mee moeten stoppen.

Uiteraard valt er nog veel meer over moraal te zeggen, maar dit artikel wordt al lang genoeg. Ik wil echter nog één ding toevoegen. Evolutie afwijzen niet omdat de bewijzen niet sterk genoeg zijn, maar omdat de gevolgen je niet aanstaan, is moreel geen sterke positie. Het betekent dat je liever je ogen sluit voor de werkelijkheid en jezelf voor de gek houdt dan de gevolgen het hoofd te bieden. Ik denk niet dat er een manier is om die houding moreel te verdedigen.